Dit Nationale Park, gesitueerd in zuidoostelijk Californië, draagt zijn naam “Death Valley” met veel eer: het is het laagst gelegen, heetste en droogste gebied van de VS. Death Valley is al sinds 1933 een National Monument, maar werd pas in 1994 een National Park.
De gemiddelde regenval is er slechts 4,4 cm per jaar, aangezien het gebergte in het westen de meeste wolken de doorgang belemmert. De zon kan dus volop in het gebied stralen, wat ‘s zomers regelmatig leidt tot temperaturen van 49 C. De grondtemperatuur is al eens opgelopen tot 88 C!
Hoewel er over het algemeen weinig leven lijkt te zijn in Death Valley, is het er wel degelijk. Konijnen, ratten, vossen, zelfs schapen leven in het gebied. In een aantal permanente waterbronnen zijn zelfs unieke vissoorten te vinden.